Met deze online oefening leer je wat dichtheid is.
Opdracht 1: vul de ontbrekende woorden en getallen in.
We bekijken een kubusje van ijzer en een kubusje van hout. Beide hebben een inhoud (met een ander woord: volume) van [?] cm3:
Je ziet dat het ijzeren kubusje een stuk [?] is dan het houten kubusje.
De dichtheid van een stof is de massa (g) van 1 cm3 stof. Je kunt zeggen: ijzer heeft een grotere [?] dan hout.
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Natuurlijk heb je niet altijd een strak "kubusje" materiaal voorhanden. We gaan meten en berekenen wat de dichtheid van een (groen) stuk klei is.
Opdracht 2: vul de ontbrekende getallen in.
Kies uit:
- 0,11
- 180
- 1,6
- 110
- 1,1
Eerst bepalen we de massa van het stuk klei. Lees de weegschaal af:
De massa van het stuk klei is (bijna) g. Herinnering: je moest kiezen uit een aantal getallen.
Het volume meten we op een slimme manier. We lezen eerst de maatbeker af:
In de maatbeker zit 5 dl water.
Nu gooien we het stuk klei erbij:
De maatbeker geeft nu 6,1 dl aan. Het stuk klei heeft dus een volume van [?] dl.
De maat deciliter gaan we omrekenen naar cm3:
1,1 dl = 0,11 l = [?] dm3 = [?] cm3.
De dichtheid bereken je door de massa te delen door het volume.
De dichtheid van klei is 180 : 110 = g/cm3. Rond je antwoord af op 1 cijfer achter de kommma.
g. Herinnering: je moest kiezen uit een aantal getallen.
Het volume meten we op een slimme manier. We lezen eerst de maatbeker af:
In de maatbeker zit 5 dl water.
Nu gooien we het stuk klei erbij:
De maatbeker geeft nu 6,1 dl aan. Het stuk klei heeft dus een volume van dl.
De maat deciliter gaan we omrekenen naar cm3:
1,1 dl = 0,11 l = dm3 = cm3.
De dichtheid bereken je door de massa te delen door het volume.
De dichtheid van klei is 180 : 110 = g/cm3. Rond je antwoord af op 1 cijfer achter de kommma.