In kunnen schatten hoeveel tijd er nodig is, indelen van tijd en zich aan deadlines kunnen houden. En verplaatsing, overgang van de ene naar de andere situatie.
De leerling geeft blijk van timemanagement door:
Op tijd aanwezig te zijn.
Opdrachten op vastgestelde datum af te hebben.
Werkplan maken voor grote opdrachten.
Nauwkeurig schatten in hoeveel tijd iets af is.
Tips bij het stimuleren van verplaatsing en timemanagement:
Personage “Vera de Verplaatser” gebruiken als reminder “Van hier naar daar, zo voor elkaar!”.
Een timer, zodat ze weten wanneer er een verandering of wisseling plaatsvindt.
Tijdschema aan de muur of een persoonlijk rooster voor de leerling.
Dagelijks het rooster doornemen.
Inlassen van een voorspelbare en en consequente ‘verplaatsingstijd’ in het rooster.
Geef de leerlingen 2-3 minuten voor een wisseling of verplaatsing, dit kan ook een kalmerende activiteit zijn als diep ademhalen of water drinken (Dawson & Guare, 2019).
Timemanagement https://www.youtube.com/watch?v=dqq3ukHCLyo