In 2001 beschreven artsen in Australië een wijnmaker met chronische loodvergiftiging door het drinken van zelfgemaakte wijn. De wijn bleek 14 mg Pb2+ per liter te bevatten. Door elke dag van deze wijn te drinken, had de man de aanvaardbare dagelijkse inname (ADI) van het element lood overschreden.
De wijnmaker had een oude metalen badkuip gebuikt
om geplette druiven, waaruit de wijn werd gemaakt,
een week te bewaren. Deze badkuip was bedekt met een dun laagje email, een hard materiaal dat het metaal
beschermde tegen corrosie. Dit email bevat loodzouten en reageert met zuur.
- het verschil in pH van de beide wijnsoorten (oorzaak I)
- het verschil in het gebruikte volume wijn (oorzaak II)
De wijnmaker had ongeveer 100 L wijn gemaakt met pH = 3,8.
De onderzoekers gebruikten 4 L wijn met pH = 3,4.
Eeuwen geleden kwam loodvergiftiging door het drinken van wijn vaak voor. De oorzaak was echter een andere dan het gebruik van een oude badkuip. De Oude Romeinen voegden bijvoorbeeld ‘sapa’ aan wijn toe. Sapa werkt als conserveermiddel en geeft de wijn een zoetere smaak. De sapa werd gemaakt door druivensap in te koken in loden ketels. Daarbij ontstaat als gevolg van een redoxreactie een oplossing van loodsuiker (Pb(CH3COO)2).
Al in de 17e eeuw toonde de Duitse arts Eberhard Gockel aan dat er een verband bestaat tussen hevige darmkrampen en het drinken van wijn die Pb2+-ionen bevat. Hij ontwikkelde een test om de Pb2+-ionen aan te tonen.
Hierbij wordt geconcentreerd zwavelzuur druppelsgewijs toegevoegd aan een beetje heldere wijn. Als de wijn meer dan 4,8.10–5 mol Pb2+-ionen per liter bevat, wordt het ontstaan van lood(II)sulfaat (PbSO4) zichtbaar.
uitleg vraag 16 t/m 22 https://www.youtube.com/watch?v=Nbej5ISTUfA&list=PLNXroaGyK0yJHJHnnJAIiuMv6nWqYyMn2&index=8