In de bijlage vind je een lijst met allerlei woorden die te maken hebben met gedrag. Kies hier 20 woorden van die bij jou passen en maak hiervan een top 20, waarvan op nr 1 het woord staat dat het meest bij jou past.
Noem vijf gedragseigenschappen die je in je werk goed kunt inzetten en beargumenteer waarom.
Maak de opdracht eerst in word en sla op in je eigen laptop. Dit document kun je dan zelf bewaren (in laptop of in cloud)