We hebben geleerd hoe we de rc uit een tabel met een lineair verband kunnen bepalen.
Maar we kunnen ook de gehele lineaire formule uit een tabel met een lineair verband halen.
Wat hebben wij hiervoor nodig:
Een lineaire formule heeft de vorm van: variabele onder in tabel = begingetal + rc x variabele boven in tabel
We weten hoe we de rc moeten bepalen, namelijk:
toename onder : toename boven = rc
Hiermee controleren wij meteen of er echt regelmaat in de tabel zit en we met een lineair verband te maken hebben.
Het begingetal geeft aan waar de grafiek begint op de verticale as. Dit vinden we door in de tabel te kijken bij de bovenste variabele naar de waarde 0. Het getal wat hieronder staat bij de onderste variabele is het begingetal.
In het plaatje hiernaast zie je dat het begingetal 6 is, want deze hoort bij a (bovenste variabele) is 0.
Het kan soms voorkomen dat je het begingetal niet direct af kan lezen uit de tabel. In dat geval gebruik je de rc en die vermenigvuldig je met het aantal stapjes wat je moet nemen om vanuit het eerste getal bij de bovenste variabele naar 0 te gaan.
In het plaatje hiernaast zie je dat de tabel begint bij t = 4. De rc die hoort bij deze tabel is 3.
om van 4 naar 0 te gaan moet ik 4 stappen zetten, dus 3 x 4 = 12. Het verschil onderin is dus 12. Omdat het een positieve rc is moeten we 32-12 doen om het begingetal te vinden. In dit geval is het begingetal dus 20.
Vervolgens hebben wij de variabele nodig die links in de tabel worden weergegeven. In de tabel in het vorige voorbeeld waren dit B en t.
Met deze stappen kun je alles vinden wat je nodig hebt om een lineaire formule op te stellen bij een tabel met een lineair verband. In de vorm van variabele onder in tabel = begingetal + rc x variabele boven in tabel