Thema 5 - Werken met aantallen
(5 paragrafen) (behalve 6.6 wetenschappelijke notaties)
Handig rekenen
Je moet handig kunnen rekenen in alledaagse situaties:
Denk bijvoorbeeld aan:
- schattingen maken over afmetingen en hoeveelheden
- rekenen met maten voor lengte, oppervlakte, inhoud, gewicht, tijd, temperatuur, geld en snelheid
- bij het rekenen gebruik maken van begrippen en voorvoegsels zoals miljoen, miljard en milli-, centi-, kilo-
- het resultaat van een berekening afronden
Oefen met:
Afronden, schatten, rekenregels
Procenten en verhoudingen
Vaak moet je een percentage uitrekenen

Soms moet je een verhoudingstabel gebruiken.

Oefen met:
Verhoudingen
Procenten