Stap 5

2H06.T Stap 5 ...........................................................................................................
Wat vind jij? Vind je de benzineprijs te hoog of juist te laag? Schrijf het antwoord op deze vraag op het werkblad. Natuurlijk geef je ook argumenten voor je keuze.

Heb je alle vragen op het werkblad ingevuld?
Ja? Laat het werkblad beoordelen door je docent.

H1.2 Procenten

Opgave 1

Schrijf als een percentage (procenten ronden we af op 1 decimaal)

 

  1. =…………………………
  2. =…………………………
  3. =………………………… 
  4. =…………………………. 
  5. =………………………….  
  6. =…………………………
  7. =…………………………
  8.   =…………………………

 

 

Opgave 2

Schrijf als een decimaal getal (rond niet af!)

  1. 72,9% = ………………..
  2. 14,88%= ………………..
  3. 0,68%= ………………..
  4. 115,4% = ………………..
  5. 36,2% = ………………..
  6. 64,46% = ………………..
  7. 1,08% = ………………..
  8. 99,9% = ………………..

 

 

Opgave 3

Schrijf als een percentage, maak eerst een breuk.

Bedenk hoe een breuk eruit ziet: 

Hierna doe je hetzelfde als bij opgave 1.

 

  1. Op een verjaardag komen 13 mensen. 10 van deze mensen nemen taart. Hoeveel procent van de mensen neemt taart?
  2. Er waren 582 feestgangers in de club die sinds dit weekend weer geopend is. 221 van de mensen is gevaccineerd. Hoeveel procent van de feestgangers was gevaccineerd?
  3. Uit de klas van 25 leerlingen hebben er 12 niet naar de wedstrijd Nederland - Tsjechië gekeken. Hoeveel procent van de leerlingen was zo slim om niet naar de wedstrijd te kijken?

 

H1.3 Percentage van geheel

 

Opgave 1

Bereken 13,7% van 137.

Rond je antwoord af op 1 decimaal.

 

Opgave 2

Bereken 1,83% van 639.

Rond je antwoord af op 1 decimaal.
 

Opgave 3

Bereken 174% van 39.

Rond je antwoord af op 1 decimaal.


Opgave 4

Bereken 64,8% van 244.

Rond je antwoord af op 1 decimaal.

 

Opgave 5

Bereken 181,4% van 5861.

Rond je antwoord af op 1 decimaal.

 

H1.4

Procenten erbij of eraf

 

Opgave 1

Je krijgt 52,4% korting op een bedrag van €51,46.

Bereken de nieuwe prijs (geldbedragen rond je af op 2 decimalen)

 

Opgave 2

Een prijs van €37,98 wordt verhoogd met 0,71%.

Bereken de nieuwe prijs.

 

Opgave 3

Je moet 4,91% meer betalen op een bedrag van €116,48.

Bereken hoeveel je moet betalen.

 

Opgave 4

Je krijgt 6,4% korting op een bedrag van €68,35.

Bereken hoeveel je moet betalen.

 

Nog meer procenten

 

Opgave 1

Een prijs wordt verhoogd van €37,50 naar €48,15.

Bereken moet hoeveel procent de prijs is toegenomen (procenten ronden we af op 1 decimaal)

 

 

 

 

 

 

Opgave 2

Normaal zou je €17,50 betalen bij de bioscoop voor je ticket en een grote popcorn, maar vanwege SUPER-DEAL-MONDAY betaal je slechts €13,95.

Bereken hoeveel procent korting je hebt gekregen.

 

 

 

 

 

 

Opgave 3

Omdat Nederland het EK verloren heeft krijg je op alle oranje artikelen veel korting.

Zo betaal je voor een oranje voetbal nu geen €25,95 maar €10,00.

Bereken hoeveel procent korting je hebt gekregen.

 

 

 

 

 

 

 

 

Opgave 4

Vanwege de corona zijn alle prijzen gestegen.

Een kaartje voor de Efteling kost nu €53,95 terwijl dit in januari 2020 nog €49,95 kostte.

Met hoeveel procent is de prijs gestegen?

 

 

 

 

 

 

Opgave 5

Voor je rapport krijg je van je opa en oma een gedeelte voor een nieuwe telefoon. Je hoeft nu geen €1050 meer te betalen maar €850. Hoeveel procent van de nieuwprijs hebben je opa en oma je gegeven?

 

 

 

 

 

 

Opgave 6

Het aantal leerlingen op Calvijn Juliana is gestegen van 405 leerlingen naar 412 leerlingen. Bereken met hoeveel procent het aantal leerlingen op Calvijn Juliana is toegenomen.