De Bedrijfseconomie 2 toets bestaat uit 30 meerkeuzevragen en is gebaseerd op de kennisclips, de theorieteksten op deze site en de opdrachten in dit arrangement. De opdrachten worden voor- en nabesproken tijdens de ingeroosterde, fysieke lessen. Alle opdrachten in dit arrangement bieden een goede voorbereiding op de toets en geven een goed beeld van het niveau en het type vragen die je mag verwachten.
Een formuleblad klik hier wordt bij aanvang van de toets door de toetssurveillant uitgedeeld. Je hoeft de formules in dit blad dus niet uit je hoofd te leren! Je dient ze uiteraard wel te begrijpen en toe te passen. Let op, eigen printjes van dit formuleblad of anderzijds worden niet geaccepteerd tijdens de toets.
Een voldoende (5,5) haal je wanneer je 20 van 30 toetsvragen correct hebt beantwoord. Let wel dat je voor het behalen van je propedeuse gemiddeld minimaal een 6,0 moet hebben voor alledrie de leerlijnen. Dat geldt dus ook voor de kennislijn.
Tenslotte vind je hieronder de toetsmatrijs met leerdoelen die in het tentamen worden afgetoetst, gepaard met het aantal - en niveau - van toetsvragen die je per leerdoel mag verwachten.
Leerdoelen |
KITASE niveau |
Aantal vragen |
1. Je begrijpt liquiditeitskengetallen en kunt deze berekenen en beoordelen op basis van gegeven financiële overzichten (m.n. de balans). |
KIT |
6 |
2. Je begrijpt solvabiliteitskengetallen en kunt deze berekenen en beoordelen op basis van gegeven financiële overzichten (m.n. de balans). |
KIT |
7 |
3. Je begrijpt rentabiliteitskengetallen en kunt deze berekenen en beoordelen op basis van gegeven financiële overzichten (m.n. de balans en winst- en verliesrekening). |
KIT |
11 |
4. Je kunt een onderneming adviseren hoe financiële kengetallen te verbeteren. |
IT |
6 |