Werkplekleren en termen

Doel: oriënteren op het beroep van leraar

Tijdens het werkplekleren onderzoek jij de doelgroep en het beroep van leraar. Ken ik de doelgroep en past het beroep bij mij? Dit doe je door stapsgewijs om te gaan met de Leerresultaten (LERS) en opbouw van het portfolio. Zelfverdieping en leren reflecteren op de opgedane kennis en ontwikkeling op de opleidingsscholen legt een praktische basis voor het inzicht in het beroep van de leraar en het leren kennen van de leerlingen.

Termen en begrippen

 

CC

clustercoördinatoren (twee CC’s per regio/cluster). De clustercoördinator plaatst studenten binnen een opleidingsschool. Daarnaast organiseren zij de transfermomenten

CGI

Criterium Gericht Interview, is het moment waarop de student samen met de IO en SO een gesprek aangaat en allerlei vragen krijgt over de ontwikkeling en bewijsstukken die de student heeft verzameld tijdens het werkplekleren

HR

Hogeschool Rotterdam

IO

instituutsopleider, deze persoon begeleidt je bij het werkplekleren en het maken van je portfolio.

IvL

Instituut voor Leraren

LERS

Leerresultaten (zie studiehandleiding N1 op website HR)

Programmaboekje

instructie over het hoe en wat van het werkplekleren

SO

de schoolopleider (algemeen begeleider van de studenten op de opleidingsschool) coördineert de praktijk rondom het werkplekleren.

Transferdagen

wordt ook wel transfermomenten genoemd, dit zijn bijeenkomsten waarbij praktijk en theorie bij elkaar komen

VO

Voortgezet Onderwijs

Werkplekleren

voorheen ook wel Stage genoemd. Het leren in een werkomgeving van een opleidingsschool

WPB

werkplekbegeleider, begeleider op je opleidingsschool waarbij je meeloopt