Lesdoelen:
De Griekse stadstaat
Als het goed is weet je al wat een staat is. Namelijk een gebied met grenzen dat wordt bestuurd door een regering. Een stadstaat is dus een staat, met de grote van een stad met daaromheen platteland. Eigenlijk een hele kleine staat.
Het oude Griekenland bestond uit heel veel van deze stadstaten. Allemaal aparte staatjes, die soms met elkaar samenwerkten, maar een eigen regering en een eigen leger hadden. Griekenland was dus niet één land, zoals dat nu is!
Het ontstaan van de stadstaat
De eerste Griekse stadstaten ontstonden rond 800 v. Chr toen sommige dorpen uitgroeiden tot steden. Deze steden kregen een eigen regering en een eigen leger en waren dus zelfstandig. Zelfstandig betekent dat een stadstaat niet werd geregeerd door een andere stadstaat.
De stadstaten konden zelfstandig blijven, omdat zij van elkaar waren gescheiden door de hoge bergen, heuvels en natuurlijk het water.
De inrichting van de stadstaat
De meeste stadstaten zagen er ongeveer hetzelfde uit. De meeste waren gebouwd op of tegen een hoge berg of heuvel, de acropolis. De acropolis zorgde voor bescherming tijdens een oorlog of bij gevaar. Op de acropolis werd een tempel gebouwd. Dit was 'het huis' van de beschermgod(in) van de stadstaat. De inwoners vereerde hier de beschermgod(in) en gaven offers in de hoop dat het goed ging met de stadstaat. Naast een acropolis en tempel had iedere stadstaat een agora. Dit was een groot plein waar een markt werd gehouden. Ook kon hier worden gepraat over het bestuur van de stad.
In onderstaande afbeelding zie je nog meer onderdelen van een Griekse stadstaat.
Als je de tekst hebt gelezen, ga je door naar de volgende pagina. Op deze pagina krijg je een video te zien met uitleg over de zojuist gelezen tekst. Deze mag jij overslaan. Klik dus nogmaals door.
Op de pagina waar je dan op uit komt staat een video klaar waarin tussendoor vragen worden gesteld. Hierdoor kun jij jezelf checken of je de uitleg hebt begrepen.