Iedereen in Nederland is gelijk voor de wet. Maar dat betekent niet dat iedereen hetzelfde verdient, of in een even groot huis woont. Nederland is een samenleving die in lagen is verdeeld, zoals op de maatschappelijke ladder. Sommige mensen gaan drie keer per jaar op vakantie naar het buitenland. Anderen moeten heel hard sparen voor een vakantie in eigen land. We noemen dit sociale ongelijkheid, een ongelijke verdeling van geld, kennis en macht.
Behalve je werk hebben ook je omgeving en je gezinssituatie invloed op sociale ongelijkheid. Zo hebben kinderen die opgroeien in een rijk gezin meer kans om een dure vervolgopleiding te gaan doen dan kinderen die opgroeien in een achterstandswijk. Sociale ongelijkheid heeft ook gevolgen voor je leefstijl. Zo kan het voor armere mensen moeilijker zijn om gezond eten te kopen. Een zak chips is goedkoper dan vier appels!
In Nederland is er sprake van sociale ongelijkheid. Maar ook wereldwijd speelt sociale ongelijkheid een grote rol. In 2019 hadden de 26 rijkste mensen op aarde bijvoorbeeld net zoveel geld als de armste helft van de wereld, 3,8 miljoen mensen. Deze 26 rijkste wonen vooral in Amerika en China. Arme mensen worden wel steeds minder arm. Ondanks dat ernstige armoede afneemt is zowel in Nederland als wereldwijd te zien dat rijkere steeds rijker worden en dat armere steeds armer worden. Dit houdt in dat de sociale ongelijkheid toeneemt. De verschillen tussen arm en rijk worden groter.
Of dit een positieve of negatieve ontwikkeling is, daar verschillen de meningen over. Sommige mensen zeggen dat iedereen genoeg kansen heeft om succesvol te worden in Nederland. Andere geven juist aan dat deze kansen niet voor iedereen hetzelfde zijn. Veel mensen vinden het bijvoorbeeld best eerlijk dat iemand die acht jaar gestudeerd heeft meer geld verdient dan iemand die vier jaar gestudeerd heeft. Maar soms zijn de verschillen zo groot, dat mensen het niet meer rechtvaardig vinden. Als je veel harder moet werken of wanneer jouw baan veel betekent voor anderen in de samenleving bijvoorbeeld. Niet iedereen denkt dus hetzelfde over hoe eerlijk of oneerlijk sociale ongelijkheid is.