3b. Verwerking

➜ 1. Maak bij drie verschillende dieren uit je catalogus een voedselketen in je werkboekje. Het is leuk als je daarbij een dier uit de zee, op het land en in de lucht uitzoekt. Zorg dat het dier op de juiste plek voorkomt in de voedselketen.

☞ TIP 1: maak de voedselketen mooi op papier met tekeningen en fotografeer deze daarna.

☞ TIP 2: Het zou mooi zijn als het een cyclus is, maar het mag ook een keten zijn


➜ 2. Beantwoord hierna in je werkboekje de volgende vragen:

  1. Komen organismen in meerdere voedselketens voor? Is dat bij jouw voedselketens zo en wat is je verklaring daarvoor?
  2. Verwacht je een balans (evenwicht) tussen producenten en consumenten in een voedselketen? Waarom wel of niet?
  3. Wat gebeurt er in een voedselketen als er meer consumenten dan producenten zijn?

De drie dia's waar je jouw voedselketens op zet in je werkboekje.