Het klimaat

Nu we weten wat het weer inhoudt, kan Leila meer leren over het klimaat. Dit was ook het deel waar ze het meest in geïnteresseerd was, omdat de verschillende klimaten in de wereld voor Leila nog steeds moeilijk te onderscheiden zijn. Tijdens het reizen vindt ze het ook erg moeilijk om outfits voor verschillende seizoenen mee te nemen. In dit deel leren we hoe we deze klimaten kunnen herkennen en wat we op dat moment kunnen doen. Lees je mee? Hieronder vliegen we direct in het thema:

Het klimaat:

Het klimaat is de gemiddelde toestand van het weer berekend over een langere periode voor een bepaalde weerkundige parameter zoals de temperatuur, de neerslaghoeveelheid, de luchtvochtigheid etc...

Bepalend voor het klimaattype is onder andere de hoogte van de regio, de breedtegraad, en de nabijheid van zeeën of bergketens. België kent een gematigd klimaat, deels te danken aan de onmiddellijke nabijheid van de Noordzee en de Atlantische Oceaan en de werking van de warme golfstroom.

Het klimaat geeft aan welk weer het gewoonlijk is in een regio, bekeken over een lange periode, minstens 30 tot 40 jaar. Zo is het in het regenwoud van Congo over het algemeen warm en vochtig. En op de Noordpool is het altijd koud. Er bestaan op aarde heel wat klimaattypes, die verschillen naargelang de plaats op aarde waar je je bevindt.

Klimatologie is de wetenschap die de verschillende klimaten op de aarde en recent ook de klimaatveranderingen bestudeert. In tegenstelling tot meteorologen gaan klimatologen het weer bestuderen over een veel langere tijdsperiode.

Welke factoren bepalen het klimaat?

Het klimaat is niet overal gelijk op aarde. Het wordt grotendeels bepaald door de zon; gebieden die weinig zonlicht krijgen (de polen) hebben een koud klimaat. Tal van elementen hebben een invloed op het klimaat op een bepaalde plaats, zoals de oceanen, de stromingen in zee, de bergen of de afstand tot de evenaar.

Waarom is het bij de polen kouder dan bij de evenaar?

Het is aan de polen kouder dan aan de evenaar, omdat de bolvorm van de aarde ervoor zorgt dat de zonnestralen anders op de polen schijnen dan op de evenaar.

Aan de evenaar schijnen de zonnestralen loodrecht op de aarde. Zo zal 1 m² zonnestraling ook 1 m² aardoppervlak opwarmen.

Hoe dichter je bij de polen komt, hoe schuiner de zonnestralen op de aarde invallen. Met andere woorden: het zonlicht dat het aardoppervlak aan de polen bereikt, moet met dezelfde energie een grotere oppervlakte verwarmen. Dus hoe schuiner de zonnestralen hoe kouder het op de plek is. Daarom is het hier kouder dan aan de evenaar.

Hieronder zie je een afbeelding van waar de polen staan en waar de evenaar is.

Aan de polen vallen de zonnestralen schuin op het aardoppervlak (door de bolvorm van de aarde). De energie van de zon is minder geconcentreerd dan aan de evenaar, het is er dus kouder. Aan de evenaar komen de zonnestralen loodrecht op het aardoppervlak terecht. Op die plaats is de energie van de zon het meest geconcentreerd. Het is er dus ook vele warmer.

Uitleg: Waarom de temperaturen op aarde verschillen van plaats tot plaats https://www.youtube.com/watch?v=q0gwCohs6hQ

Beantwoord met behulp van de wereldkaart of een atlas de volgende vragen.

Lesdoelen bij deze paragraaf:

De leerlingen kunnen: