5c. Reflective Journal

Zet in je logboek in Egodact je reflective journal door antwoord te geven op de volgende vragen:

Herkende je dingen die gezegd of gedaan werden door de personages in het gelezen fragment? (Darius de grote is niet oké, of Blauwe maandagen). Zo ja, welke?

Met wie in het boek/gelezen fragment kon je het meest meeleven? Waarom?

Welke vraag zou je nog willen stellen aan een van de hoofdpersonen?

Welk fragment of welke gebeurtenis zette je het meest aan het denken, of bleef je wat langer bij? Hoe komt dat?

Noteer je antwoorden zo, dat de vragen in je antwoord verwerkt zijn. In jouw reflective journal moet dus duidelijk zichtbaar zijn welke vraag je beantwoordt. Bijvoorbeeld: 'Aan de hoofdpersoon zou ik nog de volgende vraag willen stellen...'.