HC: De periode 1848-1914

Als je alle examenstof hebt geleerd kun je:

  • belangrijke kenmerken van de Nederlandse staatsinrichting herkennen en beschrijven

 

De begrippen en/of onderwerpen die je bij dit domein in ieder geval moet kennen luiden als volgt:

Onderwerpen en begrippen

Dit weet ik

Monarchie, republiek, democratie, dictatuur

 

grondwet, scheiding tussen de wetgevende, de uitvoerende macht, de rechterlijke macht

 

rechtsstaat, onafhankelijke rechtspraak,

 

recht van budget, enquête en interpellatie.

 

controlerende en wetgevende bevoegdheden van Eerste en Tweede Kamer

 

recht van initiatief, recht van amendement.

 

Verkiezingen, regering, coalitiepartijen, oppositiepartijen

 

de belangrijkste stappen van wetsvoorstel tot wet

 

Tweede Kamer, Eerste Kamer

 

staatshoofden van Nederland: Willem II, Willem III, Wilhelmina, Juliana, Beatrix, Willem-Alexander

 

 

Je kan:

  • enkele grondrechten herkennen en noemen, die in de loop van de 19e en 20e eeuw in de grondwet zijn opgenomen en daarbij onderscheid maken tussen klassieke en sociale grondrechten. Je kan daarbij aangeven dat bepaalde grondrechten met elkaar op gespannen voet kunnen staan.

 

De begrippen en/of onderwerpen die je bij dit domein in ieder geval moet kennen luiden als volgt:

Onderwerpen en begrippen

Dit weet ik

Klassieke grondrechten (bescherming tegen de overheid):

 

vrijheid van godsdienst, vrijheid van meningsuiting, vrijheid van drukpers, vrijheid van vereniging en vergadering, vrijheid van onderwijs

 

Sociale grondrechten (bescherming door de overheid):

 

recht op bestaanszekerheid, recht op onderwijs, recht op gezondheidszorg

 

recht op woongelegenheid, recht op bewoonbaarheid van het land

 

recht op werk, recht op rechtsbijstand

 

 

Je kan:

  • veranderingen herkennen en beschrijven in de bevoegdheden van parlement / volksvertegenwoordiging / Staten-Generaal/ Eerste en Tweede Kamer die in 1848 tot stand kwamen.

 

De begrippen en/of onderwerpen die je bij dit domein in ieder geval moet kennen luiden als volgt:

Onderwerpen en begrippen

Dit weet ik

parlementaire democratie, constitutionele monarchie, parlementair stelsel

 

Klassieke grondrechten (bescherming tegen de overheid)

 

vrijheid van godsdienst, vrijheid van meningsuiting

 

recht van amendement

 

recht van enquête

 

koning, macht, parlement, ministeriële verantwoordelijkheid

 

 

Toepassingen

Ken je het?

Je kan:

  • opvattingen herkennen van politieke en maatschappelijke organisaties van liberalen, socialisten, confessionelen en feministen aan het eind van de 19e eeuw en het begin van de 20e eeuw en enkele van hun voormannen en -vrouwen

 

 

Toepassingen

Ken je het?

Je kan:

  • uitleggen waarom bepaalde groepen in de samenleving aan het eind van de 19e eeuw zich tot liberalisme, socialisme, christelijk politiek denken en/of feminisme aangetrokken voelden.

 

 

Toepassingen

Ken je het?

Je kan:

  • beschrijven hoe de toenemende politieke en maatschappelijke participatie van burgerij, protestanten, rooms-katholieken, arbeiders en vrouwen in de tweede helft van de 19e eeuw leidde tot bewustwording van eigen identiteit en tot (verdere) emancipatie van deze groepen

 

 

De begrippen en/of onderwerpen die je bij dit domein in ieder geval moet kennen luiden als volgt:

Onderwerpen en begrippen

Dit weet ik

liberalen, Liberale Unie

 

hogere burgerij, grondwetsherziening 1848, overheidsbemoeienis, socialisten

 

sociaal-democraten, Sociaal-Democratische Arbeiders Partij (SDAP), arbeiders,

 

sociaaleconomische positie

 

protestanten

 

Anti-Revolutionaire Partij (ARP), kleine luyden, confessionelen,

 

christelijk denken, rooms-katholieken, Rooms-Katholieke Staatspartij (RKSP), confessionelen

 

emancipatie, verzuiling, media, onderwijs, verenigingsleven, vakbond,

 

feministen, vrije Vrouwenvereniging, Vereniging voor Vrouwenkiesrecht, Eerste Feministische Golf

 

algemeen kiesrecht, geleidelijke uitbreiding van het kiesrecht

 

koning Willem II, koning Willem III, koningin Wilhelmina, (Rudolf) Thorbecke, Aletta Jacobs, Wilhelmina Drucker, (Abraham) Kuyper, (Herman) Schaepman, (Pieter Jelles) Troelstra

 

 

Je kan:

  • kenmerkende gebeurtenissen en ontwikkelingen in Nederland, voor tijdens en na 1848 herkennen, beschrijven en in het juiste tijdsgewricht plaatsen

 

De begrippen en/of onderwerpen die je bij dit domein in ieder geval moet kennen, luiden als volgt:

Onderwerpen en begrippen

Dit weet ik

Willem II, revolutie(dreigingen) elders in Europa, liberalen, grondwetsherziening in 1848

 

industrialisatie  

 

kinderarbeid