Domein G Maatschappij, chemie en technologie

Als je alle examenstof hebt geleerd kun je:

  • kennis van chemische processen in levende organismen beschrijven en gebruiken
  • met behulp van kennis van productieprocessen ten minste in de context van gezondheid of duurzaamheid beschrijven welke maatschappelijke condities een rol spelen bij milieu-gerelateerde vraagstukken en voor deze vraagstukken beschrijven welke mogelijke gevolgen er zijn op het gebied van gezondheid en duurzaamheid.

 

De begrippen die je bij dit concept in ieder geval moet kennen luiden als volgt:

 

Onderwerpen en begrippen

Dit weet ik

voedingsstoffen, afbraakproducten, lichaamseigen stoffen

 

eiwitten, primaire structuur, secundaire structuur, tertiaire structuur, koolhydraten, mono- di- en polysachariden, vetten, glycerol, vetzuren, verzadigd, onverzadigd, nucleïnezuren, DNA, deoxyribose, basen, fosfaten, RNA, ribose

 

eiwitten, hydrolyse, aminozuren, ureum, verbranding, koolhydraten, hydrolyse, monosachariden, verbranding, vetten, hydrolyse, glycerol, vetzuren, verbranding

 

eiwitten, bouwstof, enzym, koolhydraten, energieopslag, glycogeen, vetten, energieopslag, bouwstof, membranen, fosfolipiden, nucleïnezuren, genetische code, eiwitsynthese, vorming m-RNA, eiwitsynthese op ribosomen, t-RNA

 

essentiële aminozuren, essentiële vetzuren, voeding

 

transport van grondstoffen, producten en afvalstoffen, uitstoot, grenswaarde, (koel)water gebruik, calamiteiten, warmte / krachtkoppeling, duurzaamheid

 

duurzaamheid, kolenvergasser, aardgascentrale, kolencentrale, brandstofcel

 

waterstof, bio-ethanol, biogas, biodiesel, energiebronnen