Maak twee kolommen: Kolom Persoonlijkheidsstoornis en Kolom psychiatrische stoornis
Breng de volgende aspecten onder in de juiste kolom.
de verschijnselen zijn doorgaans recent en/of van korte duur
de verschijnselen vallen niet zo op, zijn meer impliciet aanwezig
voorbeelden: fobie, obsessie, depressie, psychose
er komt iets "nieuws"in het leven van de zorgvrager, een breuk met het verleden
de verschijnselen worden herkend door de persoon. Hij ervaart zijn klacht als egosyntoon (bij de persoon passend)
doorgaans wil de persoon geholpen worden, hij heeft vaak veel last van het verschijnsel/de verschijnselen)
Er is doorgaans weinig lijdensdruk. Ook de behandelbehoefte is vaak niet aanwezig
De verschijnselen zijn vaak opvallend en expliciet aanwezig
De verschijnselen (problemen) worden vaak geexternaliseerd. anderen zijn oorzakelijk voor de problematiek die wordt ervaren en zij zijn het slachtoffer.
De verschijnselen worden doorgaans als egodystoon ervaren
Zorgvragers met deze verschijnselen worden niet (snel) opgenomen in een instelling