Julius Caesar veroverde tijdens zijn leven grote delen van West-Europa, waarbij ook een deel van ons land bij het Romeinse rijk gevoegd werd. Over de Germaanse volkeren die in de Nederlanden woonden, wordt voor het eerst geschreven door Julius Caesar, met name in zijn De bello Gallico.
Zoals elke Romeinse generaal schreef ook Julius Caesar in opdracht van de Senaat verslagen over zijn veldtochten. Hoewel Caesar er niet voor terugdeinsde feiten te verdraaien te meerdere eer en glorie van zichzelf, is het document een belangrijke bron van historici.
Lees een stukje van de Nederlandse vertaling uit 'De bello Gallico':
Boek 1 Van al deze volkeren zijn de Belgen de dappersten, voornamelijk omdat ze zeer ver verwijderd zijn van de cultuur en de beschaving van de Provincie, en omdat er helemaal niet vaak handelaars naar hen komen die dingen invoerende die bijdragen tot het verwekelijken van hun geesten, en omdat ze de buren zijn van de Germanen, die over de Rijn wonen, en met wie ze voortdurend oorlog voeren. En om die reden ook gaan de Helvetiërs alle overige Germanen in dapperheid vooraf, namelijk omdat ze bijna dagelijks met de Germanen strijden, ofwel wanneer ze hun grondgebied verdedigen, ofwel om zelf op het grondgebied van de Germanen te vechten. |