Als je alle examenstof hebt geleerd kun je:
|
De begrippen die je bij dit concept in ieder geval moet kennen luiden als volgt:
Onderwerpen en begrippen |
Dit weet ik |
conjunctuur, bbp-groei en niveau, output gap, werkloosheid en werkgelegenheid, inflatie en prijspeil, nominale rente centrale bank, reële rente |
|
output gap en werkloosheid, structureel aanbod op lange termijn, geaggregeerde vraag, natuurlijke werkloosheid, hoogconjunctuur, laagconjunctuur |
|
reële grootheden, nominale grootheden, koopkracht, inflatie, deflatie, reële rente, geldillusie |
|
conjunctuurpolitiek, monetair beleid, begrotingsbeleid |
|
anticyclisch conjunctuurbeleid, procyclisch conjunctuurbeleid |
|
automatische stabilisatoren, hoogcunjunctuur, laagconjunctuur, sociale uitkeringen, belastingen |
|
fiscaal beleid, inverdieneffect, uitverdieneffect |
|
Europese Centrale Bank, ECB, toezichthouder, monetair beleid, enkelvoudig mandaat, duaal mandaat, |
|
geldschepping, simultane kredietverlening, bankdeposito’s, deposito, geldvernietiging, financieringskosten |
|
monetair beleid, rentebeleid, wisselkoersbeleid, geldhoeveelheidsbeleid, kredietverlening |
|
effectieve ondergrens nominale rente, geldeconomie |
|
financieel toezicht, bankrun, depositogarantiestelsel, lener-in-laatste-instantie |
|
rente, wisselkoersen, kapitaalverkeer, buitenlands prijspeil, binnenlands prijspeil, | |
depreciatie, appreciatie, wisselkoersregimes, kapitaalinstroom, Trilemma monetair beleid | |
conjunctuuranalyse, IS-MB-GA-model, Keynesiaanse kruis | |
consumentenvertrouwen, producentenvertrouwen | |
goederenmarkt, vermogensmarkt, marginale consumptiequote, marginale spaarquote, bestedingslijn, spaarlek, belastinglek | |
IS-curve, MB-curve, GA-Curve, monetaire beleidsregel | |
centrale bank, inflatie, loon- en prijsflexibiliteit, loon- en prijsrigiditeit, inflatie, reële lonen, reële productiekosten | |
conjuncturele werkloosheid, negatieve output gap | |
Keynesianen, monetaristen, Neo klassieken, Nieuw klassieken |