Opgaven 5 t/m 10

Opgaven 5 t/m 10 ............................................................................................................

  Formule, tabel, grafiek

Gegeven is de formule: y = 3 + 2x

  1. Neem de formule over in je schrift.
  2. Neem de tabel hieronder over in je schrift en bereken de ontbrekende getallen.
  3. Teken de grafiek die bij de formule past in je schrift. Vergeet de assen niet te benoemen.

 

  Formule, tabel, grafiek

Gegeven is de formule: y = -0,5x + 4

  1. Neem de formule over in je schrift.
  2. Neem de tabel hieronder over in je schrift en bereken de ontbrekende getallen.
    .
    .
    .
  3. Teken de grafiek die bij de formule past in je schrift. Vergeet de assen niet te benoemen.

 

 

Kaars branden

Bij het branden van een cilindervormige kaars kun je ook een formule maken.

De formule die bij de kaars op het plaatje hiernaast past is:

Hoogte in cm = 21 - 3 x aantal branduren

  1. Bereken de hoogte van de kaars na 4 branduren.
  2. Bereken de hoogte van de kaars na 6 en half branduur.
  3. Op je werkblad staat een tabel. Vul deze verder in.
  4. Teken op het werkblad de grafiek die bij de formule en tabel past.
  5. Na een aantal uren is de kaars nog 4,5 cm. Bereken na hoeveel uur dat is. Schrijf je berekeningen op.

 

 

  Lekkage

Afbeeldingsresultaat voor vat met kraan
Tijdens een sportdag wordt er door het warme weer limonade uitgedeeld aan de deelnemers. Jammer genoeg heeft iemand het kraantje onder aan het vat niet goed dicht gedaan, daardoor loopt het vat langzaam leeg.

Hierbij hoort de formule: I = 5 - 0,2A   Hierin is I het aantal liter in het vat en A het aantal minuten.

  1. Bereken de inhoud van het vat na 5 minunten.
  2. Bereken de inhoud van het vat na 18 minunten.
  3. Op je werkblad staat een tabel. Vul deze verder in.
  4. Teken op het werkblad de grafiek die bij de formule en tabel past.
  5. Na een aantal minunten is er nog 0,6 liter in het vat over. Bereken na hoeveel minunten dit is.

 

  Lucifers


Met lucifers kun je allerlei patronen leggen, bekijk de figuren hiernaast maar eens.

Voor één driehoek heb je 3 lucifers nodig.
Om twee driehoeken te leggen heb je 5 lucifers nodig.

Om drie driehoeken te leggen heb je 7 lucifers nodig.

Hierbij hoort de formule:   A = 2D + 1  Hierin is A het aantal lucifers en D het aantal driehoeken

  1. Bereken het aantal lucifers van driehoek nummer 7
  2. Bereken A voor D = 5
  3. Teken een tabel met minimaal 3 stappen bij de formule.
  4. Teken de grafiek die bij de tabel past.
  5. Je hebt in totaal 23 lucifers, hoeveel driehoeken kun je nu leggen? Schrijf je berekening op.

 

10    Lucifers


Behalve dat je driehoeken met lucifers kunt leggen kun je natuurlijk ook andere patronen maken bijvoorbeeld vierkanten.

Voor figuurnummer nul (één vierkant) heb je 4 lucifers nodig

Voor figuurnummer één  heb je er 7 nodig.

Voor figuurnummer twee heb je 10 lucifers nodig.

Hierbij hoort de formule:    A = 4 + 3f  Hierin is A het aantal lucifers en f het figuurnummer.

  1. Bereken het aantal lucifers van figuurnummer 5
  2. Bereken A voor f = 8
  3. Teken een tabel met minimaal 3 stappen bij de formule.
  4. Teken de grafiek die bij de tabel past.
  5. Je hebt in totaal 40 lucifers, hoeveel driehoeken kun je nu leggen? Schrijf je berekening op.