Opgaven 10 t/m 13
Opgaven 10 t/m 13 ................................................................................. ..............................................................................................................
Bekijk de tabel hieronder.

- Noteer de variabele die we gebruiken voor de x-as (horizontaal)
- Noteer de variabele die we gebruiken voor de y-as (verticaal)
- Noteer het begingetal
- Bereken de stapgrootte
- Maak nu de formule bij de tabel

- Noteer de variabele die we gebruiken voor de x-as (horizontaal)
- Noteer de variabele die we gebruiken voor de y-as (verticaal)
- Neem de tabel over en zet er boogjes bij met daarbij de juiste getallen.
- Bereken het begingetal
- Bereken de stapgrootte
- Maak nu de formule bij de tabel

Bekijk de tabel hierboven.
- Noteer het begingetal.
- Bereken de stapgrootte.
- Schrijf de formule op die bij de tabel hoort.
13 |
 |
Formule bij tabel |

Bekijk de tabel hierboven. Deze tabel lijkt in eerste instantie niet regelmatig.
- Teken ook de boogjes bij de tabel op het werkblad en zet er de getallen bij
- Wat valt je op?
- Is hier sprake van een lineair verband?