Start
Herhaal de stof van de eerste les: wat versta je onder folklore en identiteit? Wat zijn
voorbeelden van CuraƧaose identiteit? Wat zijn de kenmerken van folkloristische kunst?
Aan de slag
Verdeel de klas in groepjes en deel de kwartetspellen uit.
Deel Opdrachtvel 4 uit en laat leerlingen hieraan werken. Vertel hen hoeveel tijd ze voor deze
opdrachten krijgen (afhankelijk van het niveau) en wanneer alles af moet zijn. Vertel hen ook
of en hoe ze hiervoor beoordeeld worden.
Afsluiten
Evalueer hoe ver de leerlingen zijn gekomen en of ze goed met de stof uit de voeten
kunnen. Vertel hen hoeveel tijd ze nog krijgen voor de opdracht.