Onze conclusie

Auteurs kunnen om verschillende redenen hun verhaal willen delen. Doordat auteurs het zelf hebben meegemaakt, weten zij in onze ogen beter hoe het ging in het verhaal dat ze beschrijven en welke gevoelens daarbij horen. Ik ontsnapte uit Auschwitz is een waargebeurd verhaal, verteld vanuit iemand die het zelf heeft meegemaakt. Het meisje dat twee kampen overleefde is gebaseerd op een waargebeurd verhaal, maar niet geschreven door iemand die de oorlog zelf heeft meegemaakt. Hoewel de auteur misschien als doel heeft om het verleden te recreëren, wordt een levensverhaal eigenlijk geconstrueerd wanneer het op papier wordt gezet (Schrijvers, 2014). Ik ontsnapte uit Auschwitz is dus niet helemaal objectief, maar Vrba heeft wel geprobeerd om het verleden te recreëren. Morris construeerde het boek op basis van getuigenissen en documenten uit het verleden. De herinneringen van de geïnterviewden en dergelijke documenten zijn altijd historisch, sociaal en cultureel beïnvloed. Een herinnering is namelijk nooit ‘alleen van jezelf’. Deze wordt namelijk mede gevormd door de sociale omgeving en de historische documenten zorgen ervoor dat de betekenis al toegekend is. Beide boeken bestaan uit fictieve stukken door gedachten die beïnvloedt worden door de auteur zelf zijn of haar omgeving. In beide boeken lees je gedetailleerde beschrijvingen over gevoelens, gebeurtenissen, personen en situaties in het kamp. Het verschil zit hem in de feiten, objectiviteit, woorden uit die tijd, de schrijfwijze, het perspectief, de oordelen over meerdere gebeurtenissen en de personen uit het verhaal. Er zijn dus overeenkomsten en verschillen te benoemen tussen een oorlogsverhaal van iemand die het echt heeft meegemaakt (Ik ontsnapte uit Auschwitz) en van een oorlogsverhaal van iemand die het verhaal op getuigschriften gebaseerd heeft (Het meisje dat twee kampen overleefde).