De kernsymptomen trillen (tremor), trage bewegingen (bradykinesie), stijfheid (rigiditeit) en houdingsinstabiliteit beginnen bij ongeveer 75% van de patiënten aan één kant, bijvoorbeeld rechts. Na een tijd zal ook de andere kant klachten gaan geven, maar in de regel blijft de eerst aangedane kant de meest ernstige.
Na enkele jaren ontstaan er problemen met de balans en kunnen patiënten vallen. Dit kan soms erg invaliderend zijn.
Klachten die veelal ontstaan in de loop van de tijd zijn:
Meestal leidt de ziekte van Parkinson niet tot een opname in een verpleeg- of verzorginghuis. Wanneer de balansstoornissen of de cognitieve stoornissen echter een dusdanig gevaar worden in het dagelijks leven worden patiënten vaak wel opgenomen in een verpleeg- of verzorgingshuis. De levensverwachting bij patiënten met de ziekte van Parkinson is niet korter vergeleken met gezonde mensen.