Begrippen van paragraaf 4.3
Antieke cultuur: Grieks-Romeinse cultuur.
Elite: Kleine groep van aanzienlijke mensen.
Griek-Romeinse cultuur: Gemengde cultuur van Grieken en Romeinen in het Romeinse rijk.
Klassieke cultuur: Griek-Romeinse cultuur.
Multiculturele samenleving: Samenleving met meer culturen.
Romanisering: verspreiding van de Grieks-Romeinse cultuur.
Staatsgodsdienst: Geloof waarvan bestuurders en ambtenaren aanhanger moeten zijn.
Verdraagzaamheid (tolerantie): toestaan van andere culturen en meningen.