reinheidsniveaus

Over wat vuil of schoon is, kun je met elkaar van mening verschillen. Jij vindt een rommelige kamer misschien heel gezellig, terwijl je moeder het vuil vindt. En als er wat zand ligt op de vloer van de garage voelt dit anders aan dan wanneer er zand ligt op de badkamervloer. Hoe schoon een ruimte moet zijn, hangt af van het reinigingsniveau dat je aan een ruimte stelt. Hierover zijn afspraken gemaakt. Er zijn drie reinigingsniveaus:

  1. ruwschoon
    Je stelt dan lage eisen aan de schoonmaakgraad. Een ontvangsthal of een berging mogen ruwschoon zijn. Ze zouden schoner kunnen zijn, maar dat is niet nodig.
  2. huishoudelijk schoon
    De ruimte is dan optisch schoon. Dat betekent dat al het zichtbare vuil is verwijderd. Er zijn dan nog wel bacteriƫn aanwezig. Een woonkamer, een hotelkamer en een patiƫntenkamer in het ziekenhuis zijn huishoudelijk schoon.
  3. smetschoon
    Een operatiekamer moet smetschoon zijn. Dat betekent dat micro-organismen gedood zijn. Om een ruimte smetschoon te krijgen, gebruik je desinfecteermiddelen of ontsmettingsmiddelen.

Voorbeelden van desinfecteer- of ontsmettingsmiddelen.