De nieuwe ideeën van de verlichting bereikten ook de republiek. Ze spraken vooral de patriotten aan, een groep mensen die de regenten zat waren. De patriotten waren het niet eens met de stadhouder Willem V, ze vonden het onzin dat iemand alleen om zijn afkomst mocht regeren. Zij waren van mening dat de macht bij het volk moest liggen.
Frankrijk viel de Republiek binnen. Na twee jaar strijd won het Franse leger en bezette zij de Republiek. De stadhouder vluchtte met zijn gezin naar Engeland. De republiek heette vanaf nu de Bataafse republiek.
De Fransen stonden toe dat de patriotten gingen regeren in ruil daarvoor moesten zij veel belasting betalen. het werd al snel duidelijk dat de Patriotten niet echt de baas waren maar de Fransen. In 1798 kwam er een nieuwe grondwet. Gelijkheid en vrijheid waren daarvan de uitgangspunten. Overal in het land zouden dezelfde wetten gelden en iedereen zou gelijk behandeld worden door de wetten. Napoleon vond de Patriotten niks, hij vond dat ze niet genoeg deden. In 1806 dwong hij ze om hun macht af te staan en benoemde hij zijn broer Lodewijk Napoleon de macht. De Bataafse republiek ging nu Koninkrijk Holland heten.
Lodewijk Napoleon was volgens zijn broer niet streng genoeg. Hierdoor hadden de broers regelmatig ruzie, en in 1810 zette Napoleon zijn broer af. Hij maakte van het Koninkrijk Holland een provincie van het Franse Keizerrijk. Veel van de wetten bleven hetzelfde maar hij bepaalde ook dat iedereen dezelfde maten moest gaan gebruiken zoals de kilo,meter en liter. Ook hield de overheid voortaan van alle burgers de persoonsgegevens bij.
In 1813 werd Napoleon verslagen in Leipzig en verdwenen de Franse soldaten uit ons land. In Nederland was het niet duidelijk wie nu de leider zou worden. Willem V was al overleden, zijn zoon was de tweede optie. Hij accepteerde en zo werd Willem Frederik de nieuwe stadhouder. Twee jaar later besloten ze dat hij geen stadhouder zou worden maar een koning.