--> Open een nieuwe google docs pagina. Geef dit document als naam ''Projectdeel 4 De Tweede Wereldoorlog'' en maak opdrachten 21 t/m 25 + de eindopdracht in dit document.
Opdracht 21
Bekijk de kaart in bron 2. Op deze kaart zie je de cijfers 1 t/m 7. Elk cijfer staat voor een gebied dat Duitsland af moest staan aan haar buurlanden.
Zet de cijfers 1 t/m 7 onder elkaar. Schrijf achter de cijfers de namen van de gebieden die Duitsland moest afstaan aan de buurlanden.
Opdracht 22
Lees nogmaals de tekst van ‘Waardeloos geld in de economische crisis van 1929.’
22a) In welk jaar is de foto van bron 3 genomen, denk je? Leg je antwoord uit met behulp van de
tekst.
22b) Leg uit hoe je in bron 3 ziet dat het geld nog maar weinig waard is?
Opdracht 23
Stel: een brood kost 1 euro. Volgende week verhoogt de bakker de prijs. Een brood kost dan 1,10 euro. Het brood is nog hetzelfde, maar je moet er 10% meer voor betalen. Het geld is dus 10% minder waard geworden. Of anders gezegd: de inflatie is 10%.
Bekijk het onderstaande schema en neem de volgende zinnen over en vul het ontbrekende woord in op de stippellijnen en kies het juiste woord tussen haakjes.
Uit het schema blijkt dat een kilo brood in Duitsland in december 1922 ….. keer zo duur was dan het jaar daarvoor. In 1922 was de inflatie dus 4000%. In 1923 was de inflatie steeds [hoger / lager].
Prijs, van een kilo brood in Duitse marken (=oude Duitse munteenheid).
December 1921 |
4 |
December 1922 |
160 |
April 1923 |
474 |
Augustus 1923 |
69.000 |
November 1923 |
201.000.000.000 |
Opdracht 24
Bekijk bron 12 en beantwoord de onderstaande twee vragen.
24a) Leg uit waarom de Blitzkrieg niet altijd succesvol was. Gebruik een element uit de bron.
24b) Tijdens welke gebeurtenis is de foto genomen? Gebruik hiervoor de tekst ‘Verloop Tweede
Wereldoorlog'
Opdracht 25
Bekijk bron 13.
Hoe denkt de tekenaar over het vertrek van koningin Wilhelmina? Geef antwoord in twee zinnen en gebruik daarbij een element uit de bron.
Opdracht 26 Flashcards
Tijdens dit project hebben jullie jezelf verdiept in verschillende oorlogen. Hierbij heb je best wel wat theorie moeten verwerken.
Flashcards zijn geheugenkaartjes die gebruikt kunnen worden bij het ophalen van kennis. Op de ene kant van de flashcard staat een vraag of opdracht en op de achterkant staat het antwoord. Door het maken van deze kaartjes ben je al bezig met het opdoen van kennis en door te oefenen met deze kaartjes blijft de kennis beter bewaart in je geheugen.
Elk groepje maakt 20 kaartjes. Dit betekent dat je 20 vragen gaat formuleren. Dit betekent dat je per projectdeel 5 vragen verwerkt.
Elk kaartje bevat:
Wanneer jullie klaar zijn maak je een foto van de flashcards en zet deze in het word document van WOII.
Zorg voor een goede taakverdeling!
.