Les 3: poëziewedstrijd

POËZIEWEDSTRIJD

 

Even vooraf
Met alle tweede klassen doen we dit jaar weer mee aan de poëziewedstrijd. Er zou eigenlijk deze week een gastdocent komen van de School der poëzie. Helaas kan dat natuurlijk nu niet doorgaan, dus deze docent heeft de opdracht voor ons uitgewerkt.

Je gaat straks een gedicht schrijven over jezelf; een zelfportret in woorden. Dit doe je met behulp van een schrijfopdracht. Deze vind je verderop.

Uit elke klas selecteert de docent Nederlands vijf gedichten. Al deze gedichten worden opgestuurd naar de School der Poëzie en zij zullen uit elke klas één gedicht selecteren.

Deze leerlingen van wie de gedichten zijn gekozen, worden op zaterdag 23 januari om 14.00 uur verwacht in de bibliotheek op de 's Gravelandseweg 55 in Hilversum. Er worden dan filmpjes gemaakt als ze hun gedicht voordragen in de theaterzaal van de bibliotheek. Hierbij worden ze geholpen door iemand die daar veel ervaring mee heeft.

 

Ter introductie
Gershwin Bonevacia is oprichter van 'I Speak', een podium voor jonge dichters. Hieronder zie je een filmpje van hem. Bekijk het filmpje en beantwoord de vragen.

 

Gershwin speelt in zijn gedicht met taal. Dat doen dichters vaak. Een paar voorbeelden:

 

* Gershwin herhaalt sommige dichtregels – hoor je in het filmpje welke?

* Hij rijmt met beginrijm (alliteratie) – in de eerste twee regels staan 3 woorden die met een w beginnen: woorden – water – wellicht. Hoor of zie je nog meer woorden die vlakbij elkaar staan en beginnen met dezelfde letter?

* Hij maakt vergelijkingen (metafoor of beeldspraak) – in zijn verbeelding vindt hij dat iets op totaal iets anders lijkt. Zo vergelijkt hij zijn gedachten met iets anders. Waarmee?

Waar zou je gedachten nog meer mee kunnen vergelijken? Gebruik je fantasie:

In het hoofd van een dichter kan alles!

 

In je eigen gedicht kun je zo ook met taal gaan spelen.

 

Gedichten van jongeren
Lees onderstaande gedichten door.

Soms op de fiets (fragment) gedicht van Gershwin Bonevacia

 

Ik ben de creatie van woorden onder water

en wellicht denk ik eenvoudig

al zie ik mezelf als een meerdenker

mijn gedachtenpatroon lijkt op een waterweg

kronkelende rivieren die terugstromen

naar de tijd van de Batavieren

sterk onderwater spiegel, mooi

maar ook confronterend

terug reizen vraagt veel van mentale vermogens

dus heb ik een fiets gekocht

 

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------

 

Ik ben die ik ben.

 

Ik dwaal als een stille windvlaag door de grote gangen

En ik duik naar boeken, om ballen te stoppen.

Jij denkt aan mij als een: lange, dunne, duikende, Friese stille windvlaag.

Terwijl ik ben die ik ben, ben ik een andere ben die ik ben.

En jij denkt dat ik weer een ander ben die ik ben.

Maar uiteindelijk na zeeën van vergelijkingen is er maar een conclusie.

Al ben je een stille windvlaag of een ballentegenhoudende superman,

je bent die je bent en dat is voldoende, dat is je imago, dat is wat jij denkt wie je bent.                                                                                                              Grietzen 3M

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------

 

Haarvlechtster

 

Met mijn hartige lippen zeg ik wat ik wil

Mijn krachtige stem zegt wat ik voel

Ik werk zelfstandig

Om mijn krullende wimpers recht te krijgen

De vlechtster in mij eist haar eigen zaak

De zwanendanser in mij wordt soms een flamingo

Mijn kroeshaar groeit op zijn tijd

Mijn moedervlek is mijn schoonheid

Mijn bolle gezicht geeft niet op

Tot haar dromen zijn uitgekomen

Mijn hartige lippen zeggen wat ik wil                                                Dobyen 2 B

 

 

Tijger of slak

 

Ik ben een jongen die op een gekke manier

zoekt naar een goeie toekomst

Soms kriebelt het

dan maak ik domme grappen

Mensen mogen zeggen dat ik een lastig mannetje ben

dat moeten ze zelf weten

Ik ben vaak een nietsdoener die dingen doet

of een doorzetten die soms stopt

Al snap je niet wat ik bedoel

Ik blijf staan waar ik ben                                                                   Daverny 2D

 

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------

 

Mijn leven

 

niet levend zijn is dood

en na mijn dood komt mijn angst

niet mezelf kunnen zijn

mijn ogen hebben een verschil van zien

het verschil van nacht en overdag

mijn bril is net zo belangrijk voor mij

als mijn kloppende hart

de schattigste kat van de wereld is Tijgertje

elke ademhaling wil ik bij hem zijn

Het belangrijkste in de wereld is voor mij:

Mijn band met mijn familie

Tijgertje

Gezond leven

Eerlijk zijn

Liefde en respect voor elkaar

Dan komt alles goed                                                                     Beyza 1.4

 

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------

 

Mijn ogen zijn donker

Als een zonsverduistering op zondagavond

Mijn haren groeien zo snel als bamboe

Thuis luister ik slecht

Alsof ik bananen in mijn oren heb

Als ik boos ben lijk ik net een losgeslagen leeuw

Ik blijf rennen voor mijn droom

Dat ik sneller antwoord geef op vragen

Ik ben een jongen

die op een gekke manier

de straat op gaat

ik blijf rennen voor mijn dromen

maar het leven voelt niet altijd eerlijk

toch blijf ik het altijd proberen

net als een leeuw die steeds een prooi

probeert te vangen                                                                        Hossin 1.4

 

 

 

De schrijfopdracht: DIT BEN IK – zelfportret in woorden – vertel met fantasie
 

De schrijfopdracht bestaat uit 3 stappen:

1) Wie ben je van buiten?

2) Wie ben je van binnen?

3) Je gedicht schrijven

 

Hieronder vind je nog een boodschap van de gastdocent (Darja de Wever):

Je kunt mij mailen als je vragen hebt, of het prettig vindt als ik je gedicht lees. Misschien kan ik je nog wat tips geven: darja.de.wever@xs4all.nl

Stuur me alles wat je hebt opgeschreven in de 3 (schrijf)stappen. Dat is het beste en vergeet niet je naam en klas te noteren.

Wel graag op tijd opsturen en niet pas op de dag dat je het op school moet inleveren.

 

 

!Maak een nieuw document aan en noem het: 'Zelfportret in woorden + je naam'. Kopieer en plak alle onderstaande tekst. Beantwoord de vragen en maak ook uiteindelijk je gedicht in dit document.

 

1. WIE BEN JE VAN BUITEN?

Je gezicht is uniek. Schrijf 2 of meer zinnen over jouw gezicht (mond, kin, wang, wimpers, wenkbrauwen, mond, oren, ogen, neus(vleugels), litteken, sproet-moedervlek, haar, kuiltje, denkrimpel, speciaal kijken)

 

………………………………………………………………………………………………………………….

 

Verzin een vergelijking – waar lijkt iets op (Bijv. mijn haar glanst als een walvishuid, een moedervlek als het einde van een zin)

 

………………………………………………………………………………………………………………….

 

 

2. WIE BEN JE VAN BINNEN?

In het leven ‘speel’ je verschillende rollen. Je bent bijvoorbeeld een scholier, hondenuitlater, sporter, gitarist, danser, vakkenvuller.

 

Kies 1 of 2 rollen uit jouw leven. Hoe zou jij jezelf noemen? Verzin 1 of 2 bijnamen voor jezelf (voorbeelden: folderrondbrenger, tafeldekker, snelfietser, tokkelhand, flierefluiter, roze zwaan, stille windvlaag, meerdenker. Hardrenner – verzin zelf een originele of grappige bijnaam)

Vertel erover in 2 of meer korte zinnen – beschrijf het met fantasie – kun je iets goed/niet goed?  

 

……………………………………………………………………………………………………………

 

……………………………………………………………………………………………………………

 

……………………………………………………………………………………………………………

 

 

Vertel in 1 of meer korte zinnen over je karakter (ben je bijvoorbeeld: stil, luidruchtig, onweerstaanbaar, strijdlustig, verlegen, arrogant, snel, langzaam, opgeruimd, vrolijk, humor, rommelig, laatkomer, slim, onhandig of iets anders).  

 

………………………………………………………………………………………………….

 

………………………………………………………………………………………………….

 

 

Wat vind jij belangrijk in het leven? Waar denk je regelmatig over na?

(Bijv. over: vrijheid, creativiteit, cultuur, kennis, identiteit, rijkdom (figuurlijk/letterlijk), milieu.  

Schrijf er 2 of meer zinnen over

 

………………………………………………………………………………………………….

 

…………………………………………………………………………………………………..

 

…………………………………………………………………………………………………..

 

Verzin een vergelijking -  waar lijkt iets op

 

…………………………………………………………………………………………………..

 

Wil je nog iets vertellen?  

 

…………………………………………………………………………………………………..

 

…………………………………………………………………………………………………..

 

 

 

3. JE GEDICHT SCHRIJVEN met hulp van wat je hierboven hebt opgeschreven.  

Lees eerst de tips.

 

TIPS

* Schrijf 10-14 dichtregels - niet met eindrijm (zoals in een Sinterklaasgedicht)

* een dichtregel is niet langer dan 8-10 woorden

* Schrijf in de tegenwoordige tijd – schrijf niet zo vaak: ik  

* Je mag een paar woorden uit de andere gedichten (gedichtenblad) lenen

* Speel met taal (zie introductie): maak vergelijkingen, herhaal een bijzondere regel, gebruik beginrijm (woorden met dezelfde beginletter), voeg evt. kleuren toe

* Durf te schrappen/te veranderen/ regels om te gooien

* Verzin een titel voor je gedicht als je klaar bent met schrijven

 

 

Naam:                                                                                                          Klas:

Email:                                                                                                           Mobiel:

 

Titel van je gedicht:

 

 

 

 

!Heb je je gedicht af? Deel het dan met jouw Nederlands docent. Zorg dat je het document de juiste naam hebt gegeven: 'Zelfportret in woorden + je naam'