Lesdoelen:
Aan het eind van deze les ...:
Theorie
Zelfstandige naamwoorden kunnen in het Nederlands mannelijk, vrouwelijk of onzijdig zijn. Dit noem je het woordgeslacht van een woord.
het-woorden zijn (bijna) altijd onzijdig
de-woorden zijn mannelijk of vrouwelijk
Soms is het lastig om te bepalen of een woord mannelijk of vrouwelijk is. Je kan dit dan bijvoorbeeld opzoeken in een woordenboek. Daar staat bij een woord altijd:
m als het woord mannelijk is
v als het woord vrouwelijk is
o als het woord onzijdig is
Onzijdige woorden zijn erg makkelijk te herkennen. Dit zijn namelijk alle het-woorden, bijvoorbeeld: (het) schilderij, (het) autootje, (het) huis, (het) raam.
Woorden als: het meisje, het jongetje, het vrouwtje, het mannetje etc. zijn op deze regel een uitzondering.
Mannelijke en vrouwelijke woorden zijn lastiger uit elkaar te houden. Dit zijn alle de-woorden, bijvoorbeeld: (de) buurjongen, (de) boekenkast, (de) bruid, (de) maaltijd.
De-woorden die mannen/jongens aangeven zijn altijd mannelijk, zoals: buurman, zanger, kat, hengst en dus ook woorden als: jongetje, mannetje etc. In deze gevallen weet je dat je hij/hem moet gebruiken.
De-woorden die meisjes/vrouwen aangeven zijn natuurlijk vrouwelijk, zoals: buurvrouw, zangeres, poes, merrie en dus ook woorden als: meisje, vrouwtje etc. In deze gevallen weet je dat je zij/haar moet gebruiken.
Toch is het niet altijd duidelijk met welk woordgeslacht je te maken hebt. Veel woorden zijn mannelijk, maar de 'de-woorden' die eindigen op onderstaande achtervoegsels zijn vrouwelijk:
-heid, -nis, -schap: waarheid, gevangenis, beterschap
-de, -te: liefde, diepte
-ij, -ie: bakkerij, razernij, politie, familie
-ing, -theek, -teit, -tuur: regering, bibliotheek, puberteit, natuur
Bij bovenstaande woorden gebruik je dus altijd de verwijswoorden haar en zij.
Wanneer je te maken hebt met een samengesteld woord (twee woorden aan elkaar geplakt) dan kijk je altijd naar het laatste woord om te bepalen of je de of het gebruikt, bijvoorbeeld:
het boek (o), maar de boekenkast (m)
Opdracht 1
Maak onderstaande opdracht. Wanneer je deze hebt voltooid, maak je een screenshot.