Nederland wilde zijn kolonie winstgevend maken. Daarvoor moest de handel in specerijen groter worden. Koning Willem I bedacht daarvoor in 1830 het cultuurstelsel. Elke boer in Nederlands-Indiƫ werd verplicht om op een vijfde deel van zijn grond producten te verbouwen voor de Nederlandse handel. Nederlandse ambtenaren controleerden of de boeren wel genoeg produceerden. De Nederlandsche Handelmaatschappij bracht de handelswaar naar Europa en verkocht deze met veel winst. Miljoenen euro's werden zo verdiend. Daarmee werden in Nederland spoorwegen aangelegd en bruggen gebouwd.