Door het cultuurstelsel hielden de boeren in Nederlands-Indië maar weinig land en werkkracht over om voedsel voor zichzelf te verbouwen. Veel mensen leefden daardoor in armoede en leden soms zelfs honger.
Eduard Douwes Dekker werkte in Nederlands-Indië als ambtenaar. Hij zag hoe de Nederlandse regering de Indische bevolking onderdrukte. Terug in Nederland schreef hij er in 1860 een boek over: Max Havelaar. Hij gebruikte daarbij de schuilnaam Multatuli. Veel Nederlanders lazen het boek. Daarna vonden veel mensen dat de Nederlandse regering Nederlands-Indië beter moest besturen.
