Je gaat voor je BPV-bedrijf bij een klant een perceel inzaaien. Het perceel ligt op ongeveer 15 minuten rijden van het bedrijf. Je koppelt de zaaimachine aan de trekker en maakt de combinatie klaar voor transport. Je zorgt dat je voldoende zaad en eventueel kunstmest meeneemt. Op het bedrijf stel je de zaaimachine in op het soort zaad dat je gaat zaaien en de zaaihoeveelheid. Let hierbij ook op de afstand. Daarna doe je een afdraaiproef om te controleren of de juiste hoeveelheid zaad per ha wordt gezaaid. Stel de hoeveelheid zo nodig bij en doe nogmaals de afdraaiproef. Moet er ook kunstmest worden gezaaid?, dan stel je deze ook in.
Je rijdt naar het perceel. Bij het perceel bepaal je eerst de routing. Waar begin je? de kopakkers of pas aan het eind? Na enkele meters zaaien, controleer je of de machine zaait, of de zaaidiepte in orde is en of de markeur goed staat. Zo nodig stel je de machine bij. De andere markeur controleer je en stel je af als je weer terug rijdt. De zaaimachine zet je op tijd in en uit het werk. Je rijdt rechte banen en zorgt voor een perfecte aansluiting. Gebruik je RTK-GPS, dan is recht rijden geen probleem en hoef je ook de markeurs niet te gebruiken. Regelmatig controleer je de werking van de zaaimachine. Je lost meteen geconstateerde afwijkingen op. Je hervult op tijd de zaadbak en kunstmestbak. Na afloop rijd je terug naar het loonbedrijf. Je zet de machine en de trekker gebruiksklaar weg voor de volgende keer. Eventueel koppel je de machine af. Noteer alle gegevens op de werkbon en lever deze in. Meld geconstateerde gebreken.