Stambomen.

Figuur 12

In een stamboom kun je aflezen of een bepaalde eigenschap in de familie voorkomt en welke familieleden deze dan hebben geërfd. Kijk naar de stamboom en de legenda rechts. In de stamboom is af te lezen hoe de fenotypen worden weergegeven in de stamboom, in dit voorbeeld nemen wij de erfelijke ziekte vitiligo. Een rondje betekent dat het een vrouw is, en een vierkantje is een man. Als er strepen tussen een vierkantje en een rondje staan, betekent dit dat de twee kinderen hebben gekregen met elkaar. De kinderen die zij hebben gekregen worden met een lijn en vertakkingen naar beneden aangegeven. Je ziet in de legenda dat de wit gekleurde figuren geen vitiligo hebben, en de donker gekleurde vormen wel.

Wat kan je nu eigenlijk afleiden uit de bovenstaande stamboom?
1. Je kan afleiden uit de stamboom dat de ziekte vitiligo recessief is, hoe? Om uit te vinden of een bepaalde eigenschap dominant of recessief is, zoek je in een stamboom naar 2 ouders met dezelfde eigenschap, je zoekt dus ouders die dezelfde kleur hebben, die een kind krijgen die het tegenovergestelde kleurtje heeft. Dit zie je bij rij 2, ouders 1 en 2 hebben allebij de afwijking niet, maar hun kind 2 heeft de afwijking wel. Zo weten we ook meteen dat het genotype van allebij de ouders van kind 2 Aa is.
2. Van alle gezonde individuen weet je dat ze heterozygoot of homozygoot dominant zijn. Dit weet je omdat het gen voor de ziekte recessief is. Daarom ben je alleen gezond als je een of twee dominante genen hebt (Aa of AA).
3. Van alle zieke individuen weet je dat ze homozygoot recessief zijn (aa). Dit weet je omdat de twee zieke individuen allebij ouders hebben die gezond zijn en dus minimaal een dominant gen bij hun dragen.

Maak nu de oefeningen die bij deze basisstof horen.

Als je het lastig vindt maak je ook nog de extra opdrachten.

Als je het makkelijk vindt maak je ook de uitdagende opdrachten.