Hypertensie en hypotensie

Er is sprake van hypertensie als de bloeddruk te hoog is. Een te lage bloeddruk wordt hypotensie genoemd.

De bloeddruk kan per persoon verschillen en hangt ook samen met de leeftijd. De bovendruk geeft het beste signaal af, of er een verhoogd risico is op hart- en vaatziekten. De streefwaarde voor de bloeddruk is een waarde lager dan 140/90 mmHg voor volwassenen tot 80 jaar. Bij een thuismeting moet de bloeddruk gemiddeld lager zijn dan 135/90 mmHg. Thuis is de bloeddruk namelijk altijd iets lager dan in de spreekkamer bij de arts.

Er is sprake van hypertensie als de bloeddruk te hoog is. Een te lage bloeddruk wordt hypotensie genoemd. Bij een te lage bloeddruk is het totale beeld van de zorgvrager van belang. Zo is het mogelijk dat een volwassen persoon met een bloeddruk van 95/70 zich kiplekker voelt, terwijl iemand anders bij deze bloeddruk zeer duizelig is, bleek ziet, klam aanvoelt en misschien zelfs wel buiten bewustzijn dreigt te raken. Sommige mensen vinden een bloeddrukmeting zeer vervelend. Dit kan de bloeddrukwaarden beïnvloeden. Vooral de systolische druk kan door de spanning stijgen.