Neusholte:
Het slijmvlies van de neus verwarmt de lucht voor en bevochtigt en ruikt ( keurt ) de ingeademde lucht. Bovendien zuiveren het kleverige slijmvlies en de haartjes in de neus de ingeademde lucht
Keelholte:
Keelholte is de gang waar de lucht langs de longen gaat. Ook het voedsel dat wij binnen krijgen gaat via de keelholte naar de maag.
strottenklep:
dit klepje sluit de luchtpijp af als iemand eten gaat doorslikken zodat het niet in de luchtpijp terecht komt en er dus geen kans is van stikkingsgevaar. Als je ademt is dit niet het geval dan blijven beide wegen gewoon open.
Luchtpijp takken (Broncien):
In de borstholte splitst de luchtpijp zich in 2 bronchien, die elk naar een long gaat. Beide bronchien splitsen zich dan weer in 2 luchtpijptakken en daarna weer naar allemaal kleine luchtpijptakjes ( bronchioli ) waar de longblaasjes aan vastzitten en waar de stofwisseling ook plaats vind.
Luchtpijp:
De luchtpijp is een 12 cm lange buis, die opgebouwd is uit hoefijzervormige kraakbeenringen. Deze ringen voorkomen dat de luchtpijp dicht slaat of wordt afgekneld, Deze is van binnen bekleed met slijmvlies en trilhaartjes
Longen
Ieder lichaam heeft 2 longen: een rechter en linkerlong. Deze zitten beide verpakt in een glibberige zak ( het borstvlies ), en in een laagje borstvliesvloeistof zodat ze soepel kunnen bewegen tijden het ademhalen. De ademhaling wordt gedaan met behulp van het middenrif ( diafragma ) dat bol en plat wordt als je in en uit ademt.