Wat doe je bij een dreigende escalatie?
De STOP-methode gaat uit van grenzen stellen om een conflict niet te laten escaleren.
Er zijn vier basisreacties op agressie.
Het zijn:
Geen van deze zijn heel effectieve reacties. Ze worden vooral ingegeven door je primitieve brein en je levenservaringen.
Wat helpt bij een dreigende escalatie is vertragen van je primaire reacties en goed reguleren van je ademhaling.
Zeg iets als: ‘Misschien heb ik u niet helemaal goed begrepen. Wat bedoelde u toen u zei…?’ Of: ‘Heb ik nu wel goed begrepen als ik denk dat…?’
Slaan de irritaties om in verbale of fysieke agressie?
Dan wordt het tijd om je grenzen goed aan te geven. Benoem wat de consequenties zijn als iemand doorgaat. Bij verbale agressie stel je duidelijk dat je zo niet aangesproken wilt worden, maar wel bereid bent om te luisteren.
Gaat iemand toch door, herhaal dan de boodschap en zeg dat je het gesprek wilt beëindigen, tenzij de cliënt alsnog rustig wordt.
Bij lichamelijke agressie geef je aan dat je zo niet langer in gesprek bent. En dat een time out nodig is. Als dat voorstel ook geen effect heeft geef dan aan dat je er iemand bijhaalt of achteraf aangifte doet.
Om escalatie te voorkomen is het belangrijk om vroegtijdig spanning bij jezelf of bij een klant te herkennen. Iemand mag best boos zijn, zolang dat is omdat hij of zij de behandeling of bejegening niet goed vindt. Daar kan je over praten. Wordt iemand persoonlijk, dan moet je stoppen. Je kunt zelfs letterlijk het woord stop gebruiken.
S – Stoom afblazen (laat iemand even uitrazen)
T – Tot de orde roepen (zeg dat je niet op deze manier verder wilt)
O – Opnieuw beginnen (begin het gesprek opnieuw)
P – Passen (lukt dat niet, stop dan het gesprek en verzoek de cliënt de ruimte te verlaten of loop zelf weg)
WEETJE!!
Het is belangrijk om te weten dat dit weliswaar werkt bij frustratieagressie, maar niet bij instrumentele agressie. Het werkt ook minder bij agressie die het gevolg is van ziektes of beperkingen, waarbij de cliënt in (sterk) verminderde mate controle heeft over zijn gedrag.
De basisaanpak bij frustratieagressie is kalmeren, die bij instrumentele agressie is confronteren en begrenzen.
Richtlijnen voor de aanpak van frustratieagressie:
Richtlijnen voor de aanpak van instrumentele agressie:
Vooral bij instrumentele agressie is het gevaar op escalatie groot. Als er een te zwakke reactie komt, zal de cliënt nóg agressiever gedrag inzetten totdat het doel bereikt is.
Afraders zijn: