Alle bloedvat in je lichaam vormen het bloedvatenstelsel. Alle grote bloedvaten hebben een naam. Gelukkig zijn deze makkelijk te benoemen. Alle slagaders die van het hart naar een orgaan lopen dragen de naam van het orgaan waar de slagader naartoe loopt. Zo heet bijvoorbeeld de slagader die naar de nieren loop de nierslagader. Aders die van een orgaan weer terug gaan naar het hart dragen de naam van het orgaan, gevolgd door ader. Zo heet bijvoorbeeld een ader die van de lever terug gaat naar het hart de beenader. (Smits, 2015)
Afbeelding 5 - Bloedvaten (Smits, 2015)
De onderdelen in afbeelding 5 moet je kennen.
Er zijn echter wel een paar uitzonderingen. De bloedafvoer uit de wanden van de darmen vormt zo'n uitzondering . Het bloed uit een groot deel van het darmkanaal loopt via de poortader naar de lever om daar gezuiverd te worden. Dit bloed is zuurstof arm, het meeste zuurstof is namelijk al gebruikt in de darmen voor energie om de voedingsstoffen op te nemen. De lever ontvangt namelijk zelf direct zuurstofrijk bloed via de leverslagader. De leverader vervoert het zuurstofarm bloed vervolgens weer terug naar het hart. (Smits, 2015)