Van bijvoeglijk naar zelfstandig naamwoord.

Laurel en Hardy, een komisch 
filmduo, werden de Dikke en
de Dunne genoemd.
('Fatshaming' vonden ze in
1920 nog niet erg.)

Soms wordt een woord dat eigenlijk een bijvoegelijk naamwoord is een zelfstandig naamwoord. Dat gebeurt wanneer iets of iemand wordt aangeduid met een (opvallende) eigenschap.

Als je bijvoorbeeld een blauwe stift nodig hebt dan kun je vragen of iemand je 'de blauwe' wil geven. Blauwe is in dat geval een zelfstandig naamwoord geworden.

Andere voorbeelden: