De totale kosten van een bedrijf zijn te verdelen in vaste kosten en variabele kosten.
Vaste kosten zijn kosten die niet afhangen van het aantal geproduceerde goederen of diensten. De huur van een fabriekshal is een voorbeeld van vaste kosten, omdat de huur ook betaald moet worden als de fabriek geen goederen produceert.
Variabele kosten zijn kosten die wel afhangen van het aantal geproduceerde goederen en diensten. Voor een kledingfabrikant is de ingekochte katien eenn voorbeeld van variabele kosten. Als de fabrikant geen kledingstukken produceert, hoeft hij ook geen katoen in te kopen. Als het aantal geproduceerde kledingstukken stijgt, zullen de uitgaven aan katoen meestijgen.
De totale kosten per product noemen we de kostprijs van het product of de dienst. De kostprijs is afhankelijk van de hoeveelheid producten.