
De voltooide tijd geeft aan wat er gebeurd is.
Bijvoorbeeld:
Ik heb de opdracht in Wikiwijs gemaakt.
Ik heb de opdracht onthouden.
Ik ben naar school gegaan.
Ik heb de brief herschreven.
Ik heb een antwoord bedacht.
Ik heb de vloer geschrobd.
We zien dat we de voltooide tijd met "ben" of met "heb" maken en dat het voltooid deelwoord kan beginnen met -ge, -be, -her, en -ont.
Hier zijn geen vaste regels voor en dit moet je uit je hoofd leren!
In de laatste zin zien we dat het voltooid deelwoord eindigt met een -d. Dit komt omdat we ook in de voltooide tijd 't ex-kofschip gebruiken!
Weet je niet meer hoe dit zat? Kijk de uitleg even terug dat onder het kopje "verleden tijd" staat.
Ook veranderen sterke werkwoorden in de voltooide tijd. Zo hebben we "denk-dacht-gedacht". Hier zijn geen vaste regels voor en moet je dus uit je hoofd leren!
Succes!!