zenuwcel; neuron
1, veel korte uitlopers; dendrieten
2. vaak 1 lange uitloper; neuriet
dendrieten nemen op uit de omgeving - celkern - neuriet van de cel af
neuriet wordt beschermt door myeline schede
myeline of mergschede; deze kan sterk varieren in dikte.
- gemyeliniseerde neurieten (dikke vezels); geleiden prikkels snel, worden gestimuleerd door rustige en zachte massagetechnieken
- ongemyeliniseerde neurieten (dunne vezels); geleiden prikkels langzaam, word gestimuleerd door hardere en scherpere technieken.
motorische zenuwcellen: bundeling neurieten van de motorische zenuwcellen
sensibele zenuwcellen: bundeling neurieten van sensibele zenuwcellen
motorische zenuwen: afvoerende vezels van de motorische voorwortel met de aanvoerende vezels van de sensibele achterwortel.