Signaalwoorden

Signaalwoorden kunnen je helpen om erachter te komen welk tekstverbanden een tekst heeft. Bij elk tekstverband horen namelijk weer andere signaalwoorden.

Signaalwoorden kun je ook verbindingswoorden noemen.

Denk maar aan het wifi-signaal, dat apparaten met elkaar verbindt.

Signaalwoorden verbinden stukjes tekst met elkaar.

 

 

 

 

 

 

 

 



Je zal straks zien dat onder elk tekstverband in deze lessenserie ook een kopje signaalwoorden staat.
Hier vind je de signaalwoorden die bij dat tekstverband horen.

Bij een opsommend verband horen bijvoorbeeld de volgende signaalwoorden:
en, ook, daarnaast en ten slotte.

Een signaalwoord kan één woord zijn, maar kan ook bestaan uit een groepje woorden, zoals: ten slotte, al met al of de reden hiervoor is. Let dus goed op, want in opdrachten wordt vaak gevraagd naar hét signaalwoord, terwijl het juiste antwoord uit een groepje woorden bestaat.

Lees de onderstaande alinea

Marloes gaat naar de supermarkt om inkopen te doen voor haar verjaardagsfeest. Ze koopt chips, koekjes en chocolade. Ook neemt ze vijf flessen frisdrank mee. Daarnaast haalt ze komkommers en snoeptomaatjes als gezond alternatief. Ten slotte neemt ze bitterballen mee om lekker te frituren.

 

 


Deze signaalwoorden geven dus het signaal dat er een opsomming in de tekst staat.
Je hebt hier te maken met een opsommend verband.

Klik op het pijltje naar rechts om video's over signaalwoorden te bekijken.
Is de uitleg over signaalwoorden je echt hartstikke duidelijk en weet je zeker dat je er niets meer over hoeft te leren? Klik dan links in het menu op een van de tekstverbanden.