Week 20
Lesdoelen:
- Aan het einde van deze week heb je 2 à 3 deelvragen geformuleerd voor je onderzoek.
- Aan het einde van deze week heb je een begin gemaakt aan je enquête.
Hoe bedenk je een deelvraag?
- 2-3 Deelvragen (minder complex dan hoofdvraag, beantwoord een deel van de hoofdvraag -> als resultaat beantwoording hoofdvraag)
- Let op bepaalde chronologische volgorde: eerst de 1e deelvraag kunnen beantwoorden, voordat je aan de 2e deelvraag kunt beginnen
- Begin met: welke, wat, hoe
Welke zou goed kunnen zijn?
- Hoe is het onderwijs ontstaan?
- Is het slim om voor een C&M-profiel te kiezen?
- Wat is de invloed van HALT-straffen op bestrafte jongeren?
- Welke invloed heeft Instagram op middelbare scholieren?
Hoe maak je een enquête?
Wij maken de enquête via Google Forms: Google Forms: log in
Opbouw van je enquête
- Introductie: voor wie, welk onderwerp, wat doen met resultaten, duur, anonimiteit
- Geen open vragen!
- Beoordelingsschalen bij stellingen: 4-puntenschalen (zeer tevreden – tevreden, ontevreden, zeer ontevreden) – 5-puntenschalen (incl. neutraal), geen n.v.t. gebruiken!
- Meerkeuzevragen
Algemene tips
- Wie vult jouw enquête in? Wel enigszins privacygevoelig! (Geen namen)
- Baseer je enquête op theorie
- Neutrale, enkele, simpele vragen (niet teveel moeilijke woorden): geen mening in verwerkt (of sturend), vermijd dubbele ontkenning
- Bouw het op: eerst algemeen, dan specifiek