Opgave 2.4

Opgave 2.4

Stap 1

Open het werkblad opgave 2.4

 

Stap 2

Klik op kolomkop A, hierdoor wordt de gehele kolom A geselecteerd. Klik op de knop Sorteren en filteren en dan op filter.

Hint:

 

Stap 3

Er is nu een keuzelijst te vinden in cel A1. Klik hierop en filter op Rotterdam. Typ in cel G1 hoe vaak Rotterdam voorkomt.

Hint:

 

 

Stap 4

Selecteer de keuzelijst in cel A1. Plaats een vinkje bij alles selecteren.

 

Stap 5

Klik op kolomkop B, hierdoor wordt de gehele kolom B geselecteerd. Klik op de knop Sorteren en filteren en dan op filter. Nu is er geen filter meer bij kolom A.

Klik nogmaals op Sorteren en filteren en dan op filter. Er staat nu een filter bij kolom B.

 

 

 

Stap 6

Er kan per jaar, maand of dag gefilterd worden. Selecteer bij de keuzelijst datumfilters.

Selecteer de optie na. Vul hier de datum 05-06-2013 in. Alle rijen met een datum na 05-06-2013 worden nu getoond. Typ in cel I1 hoe vaak Utrecht voorkomt.

Hint:

 

 

Stap 7

Plaats een filter bij kolom D (zie stap 5). Selecteer bij de keuzelijst getalfilters. Kies vervolgens top 10. In het menu dat verschijnt kies je bovenste 5 items. Je ziet nu de hoogste vijf omzetten.

Hint:

 

 

Stap 8

Bereken het totaal van de hoogste 5 omzetten. Gebruik hiervoor niet de somfunctie, want deze neemt alle cellen mee in de berekening. Gebruik in plaats daarvan de subtotaal functie.

Hint:    1. Selecteer cel D64              2. Typ =SUBTOTAAL(9;D3:D53)

 

Waarom 9; in je formule?