Zoals bij de uitleg van stroom is verteld beschouwen we elektronen als een soort van hele kleine knikkers. Maar zoals jullie weten moeten knikkers een duwtje krijgen om te gaan rollen. Zo werkt dit ook met elektronen. Het duwtje dat de elektronen krijgen noemen we spanning. En natuurkundig gezien is dit de energie die de deeltjes mee krijgen om te bewegen. Deze spanning komt voort uit een spanningsbron. Voorbeelden van een spanningsbron zijn batterijen, accu’s en een voedingskastje.
Spanning heeft het grootheidssymbool U, de eenheid is volt met als symbool V. Spanning meet je met een spanningsmeter of met een multimeter in de spanningstand. Om precies te weten hoe je de spanning over een component kan meten ga je naar de pagina “Hoe meet je spanning”.