Groepsdieren vertonen uitgebreid sociaal gedrag. Wolven, olifanten en kippen zijn een aantal voorbeelden van groepsdieren. Ze werken samen en hebben daarbij een taakverdeling. Een groep dieren heeft vaak een leider. Dit is meestal het sterkste mannetje. Het vrouwtje van de leider staat in de rangorde direct daaronder. De leider bepaalt wat er in de groep gebeurt; slapen, jagen of eten. Hij is dominant over de andere dieren van de groep. De andere dieren zijn onderdanig. Als in een groep elk dier zijn plaats kent, noem je dat een rangorde.
De rangorde ligt niet vast en kan altijd veranderen. Jongere dieren proberen een hogere plaats te krijgen in de rangorde door gevechten uit te lokken.
Ook in het kippenhok is er sprake van een rangorde, oftewel de pikorde. De haan is hierbij dominant, maar onder de hennen heerst een rangorde. De rangorde bij kippen wordt uitgevochten door elkaar te pikken, vandaar de benaming pikorde. De hen die het hoogste in de pikorde staat pikt alle andere hennen, maar wordt zelf nooit gepikt. Die hen mag als eerst eten en heeft de beste plaats op de slaapstok: de hoogste plek.