Akkusativ 2
Bij het laatste twee onderdelen heb je kennis gemaakt met de Akkusativ. Zo hebben we gezien dat ich - mich kan worden en du - dich.
Nu kan het echter ook zijn dat andere woorden in de Akkusativ staan.
VB. Ik heb de hond geslagen. - Ich habe den Hund geschlagen.
In bovenstaande zin zie je dat ik het onderwerp is en de hond het lijdendvoorwerp.
In het Duits is dit hetzelfde. Ich is de Nominativ en den Hund is de Akkusativ.
Zoals je ziet is in het Duits het lidwoord verandert om aan te geven dat het om een Akkusativ gaat.
Taak 1: Neem de zinnen in het filmpje van Malte over en omcirkel de Nominativ en onderstreep de Akkusativ in de zinnen! Vul daarna de tabel in met behulp van de zinnen.
M | V | O | MV | |
Nominativ | der | die | das | die |
Akkusativ | die |
M | V | O | MV | |
Nominativ | ein | eine | ein | keine |
Akkusativ | keine |
Zoals je hebt kunnen zien verandert het lidwoord alleen bij de mannelijke vorm. Je moet dus weer goed kijken of de woorden mannelijk/vrouwelijk of onzijdig zijn. Daarom nog een herhalingsopdracht van het vorige thema.
Taak 2: Maak de der/die/das opdracht!
Nu we de der/die/das weer herhaald hebben kunnen we aan de slag met het toepassen van de Nominativ en Akkusativ in zinnen.
Taak 3: In de volgende zinnen ontbreken telkens de nominativ en de akkusativ. Vul deze op de juiste manier in.
Sla het bewijs van deze opdracht op in de map van Thema 2 onder de naam: "Akkusativ 2"