De ruimte in Nederland is schaars en dat zie je aan de bevolkingsdichtheid van 409,6/km2. Nederland staat in de lijst van 30 dichtstbevolkte landen ter wereld. Terwijl het Nederlandse oppervlak niet groeit, doet de bevolking dat wel. Het Centraal Bureau van Statistiek verwacht dat er rond 2023 al 18 miljoen inwoners zijn in Nederland.
De Rijksoverheid wil dat Nederland goed bereikbaar is en aantrekkelijk om in te wonen en te werken. Samen met provincies, gemeenten en waterschappen werkt het Rijk daar aan. De Rijksoverheid representeert de nationale ruimtelijke belangen (dus van het hele land). Provincies, zoals Gelderland, hebben invloed op bijvoorbeeld de stedelijke ontwikkeling van Arnhem en Harderwijk en hun bereikbaarheid via openbaar vervoer. Gemeentes in dorpen zoals Ermelo mogen zelf beslissen of ze naast de nieuwe Boni supermarkt een appartementencomplex willen bouwen of juist een speeltuin. Deze nieuwe lokale projecten mogen alleen niet botsen met de nationale en provinciale plannen.
De geschiedenis van de Nederlandse ruimtelijke orde bestaat uit vier grote verhalen over water, stedenbouw, infrastructuur en het platteland.
Water
Wanneer men in Nederland meent ruimte tekort te hebben, bouwt Nederland een stukje land erbij door middel van inpoldering. De eerste vorm van inpoldering was in 1607 de Beemster in Noord-Holland. Veruit de bekendste inpoldering is Flevoland met in 1930 het Wieringermeer en in 1936 de Noordoostpolder. Door deze uitvoering en de stijging van de zeespiegel worden nieuwe plannen zoals Plan Waterman – een landaanwinning voor de kust van Zuid-Holland – nieuw leven ingeblazen.
Stedenbouw
Er was er een grote behoefte aan meer woningen op het platteland, maar ook in de steden en daarom besloot de regering tot AUP (Algemeen Uitbreidingplan Amsterdam) in 1934. Dit was een wetenschappelijk onderbouwd stedenbouwkundig plan. De architecten wilde ervoor zorgen dat Amsterdam de vorm van een hand kreeg: de vingers waren de woonwijken en de handpalm groene stukken en de binnenstad.
Infrastructuur
In 1814 begon het eerste netwerk van infrastructuur genaamd het Rijksstraatwegenplan. In deze tijd was Nederland bezet door Napoleon en hij voerde zijn stelsel van rijks straatwegen door in Nederland, waar hiervoor de waterwegen het belangrijkst waren. In 1927 was het eerste wegenplan op nationale schaal na het vertrek van Napoleon. Het plan bevatte veel nieuwe verbindingen met bepaalde mainports zoals Amsterdam (hubs) en de verharde wegen die er naar toe leiden (spokes).
Platteland
Nederland bestaat voor een groot deel uit het zogenoemde platteland. Hiermee wordt meestal het boeren buitengebied bedoeld. Dit platteland wordt voor het grootste deel gebruikt voor landbouw. Nederlanders zijn voor een deel afhankelijk van deze landbouw maar dit is in de loop der jaren wel veranderd. Het platteland bevat ook veel natuur. Veel boeren dragen hiervoor ook zorg. Daarnaast vindt er helaas ook veel belasting op het milieu plaats van boerenbedrijven. Zo is er een mestoverschot en stoten boerenbedrijven gassen uit die schadlijk ziin voor het milieu en bijvoorbeeld zure regen kunnen veroorzaken.
Om een leefbare samenleving te hebben is ruimtelijke ordening nodig. Een leefbare samenleving is belangrijk voor onder andere de groei van de economie. Door goede afspraken en regels te maken over waar er bijvoorbeeld gebouwd mag worden of waar een nieuwe weg komt, blijft alles overzichtelijk en goed bereikbaar.
Er zijn verschillende sectoren van ruimtelijk beleid, namelijk: woningbouw, bedrijfsleven, landbouw, verkeer, natuur en recreatie. Om door te blijven groeien op al die gebieden moet de overheid niet in het sectoraal beleid blijven steken.
Problemen die kunnen ontstaan wanneer er geen goeie afspraken worden gemaakt (ruimtelijke ordening) zijn:
Hoge grondprijzen door concurrentie om ruimte. Hierdoor verlaten bedrijven een gebied.
Slechte bereikbaarheid door congestie (verkeersopstoppingen) en weinig knooppunten. Bedrijven vinden het niet aantrekkelijk om zich hier te vestigen. Bereikbaarheid is dus belangrijk voor de groei van gebieden.
Het belang van ruimtelijke ordening is dus om te zorgen dat door afspraken met elkaar te maken, alles beter loopt. Door rekening met elkaar te houden met het beleid van de overheid ontstaat en groeit de leefbare samenleving wat belangrijk is voor een goede economie. Een goede economie zorgt voor goede welvaart.