Socialisatie: het aanleren van de cultuurkenmerken van een samenleving of groep.
Socialiserende instituties: personen en instellingen waar de cultuuroverdracht in een samenleving plaatsvindt, zoals ouders, school, werk, vrienden en via de media.
Internalisatie: aangeleerde gewoonten, opvattingen, normen en waarden zijn een automatisch deel van je gedrag geworden.
Identificatie: je wilt op iemand lijken en je neemt het gedrag van die persoon over.
Persoonlijke identiteit: de dingen die je hebt geleerd, de dingen die je bewust of onbewust hebt overgenomen, je ervaringen en je aangeboren eigenschappen: wie jij bent.
Groepsidentiteit: de kernmerken en gewoonten die je hebt omdat je bij een bepaalde groep hoort.
Uitsluiting: je mag niet bij de groep horen.