Stoornissen in de ademhaling

Stoornissen in de ademhaling

Om vast te kunnen stellen of er sprake is van een stoornis in de ademhaling moet je eerst weten wat een normale en een abnormale ademhaling is.

Normale ademhaling

Er is sprake van een normale ademhaling als:

    • De ademhaling vlakbij de mond en neus normaal klinkt.
    • Er een luchtstroom voelbaar is.
    • De borst en/of buik regelmatig op en neer gaan (gemiddeld 12 keer per minuut).
    • Het slachtoffer geen benauwde indruk maakt.

Abnormale ademhaling

Er is sprake van een abnormale ademhaling als:

    • De ademhaling rochelend of gierend klinkt.
    • De borst en/of buik onregelmatig op en neer gaan.
    • De ademhalingsfrequentie boven de 30 keer per minuut ligt.
    • Het slachtoffer een benauwde indruk maakt.
    • Het slachtoffereen blauwe kleur heeft.
    • Het slachtofferzeer langzaam ademt (minder dan 10 keer per minuut).

Gaspen of agonale ademhaling

Er kan ook sprake zijn van een agonale ademhaling. Dit is een moeilijke, zware, luidruchtige adembeweging. Dit is typisch voor een circulatiestilstand. Als je deze ademhaling hoort, moet je direct beginnen met de reanimatie.