Opdrachten 14-17
Je gaat nu een aantal opdrachten maken over woordgebruik.
Opdracht 14
Kies uit de rechterkolom een goed synoniem.
1 ongerief | a kwalijk nemen |
2 pretentieloos | b last, hinder |
3 betreffende | c per ongeluk |
4 appelleren | d uitgebreid, uitvoerig |
5 idyllisch | e boos, kwaad |
6 meewarig | f eenvoudig, bescheiden |
7 ampel | g over |
8 bevroeden | h lieflijk, landelijk |
9 abusievelijk | i bevestigen, ondersteunen |
10 deemoedig | j medelijdend |
11 euvel duiden | k verwaand, arrogant |
12 gebelgd | l vroom, gelovig |
13 gespeend zijn van | m nederig, onderdanig |
14 godsvruchtig | n de les lezen, een standje geven |
15 kapittelen | o niet hebben |
16 laken (werkwoord) | p begrijpen, vermoeden |
17 laatdunkend | q een beroep doen op |
18 staven | r afkeuren |
Opdracht 16
Vul de juiste voorzetsels in.
Opdracht 17
Selecteer een goed Nederlands alternatief voor de barbarismen.
1 De twintiger jaren van de vorige eeuw worden ook wel de Roaring Twenties genoemd. | a zeer verdiende |
2 Ik weet het verhaal. | b belangrijk |
3 Zij draagt altijd de meest dure schoenen. | c enthousiast |
4 Hij heeft een punt. | d proberen |
5 Ik zal dat middel eens uitproberen. | e verkleden |
6 Hein behaalde een hoogstverdiende overwinning. | f op- of aanmerkingen |
7 Als regel is hij op tijd. | g levensgevaar |
8 Je kunt daar als techniker direct beginnen. | h ken |
9 Hij heeft nogal wat bemerkingen. | i In de regel |
10 Volgens de artsen is hij niet meer in doodsgevaar. | j voorhanden |
11 Hij is daar een beduidend persoon. | k de duurste schoenen |
12 De toeschouwers waren begeesterd. | l Hij zegt iets belangrijks. |
13 Jij moet niet zo snel panikeren. | m De jaren twintig |
14 Wij hebben nog genoeg zout voorradig. | n in paniek raken |
15 Hij moest zich eerst nog even omkleden. | o technicus |